Lees je deze podcast liever? Hieronder vind je een geschreven versie op basis van de podcast. Let op: het is geen letterlijk transcript, maar een samenvattend verhaal. In de podcast hoor je veel meer praktische tips en kennis. In de podcast spreken jullie met Arjen, die zowel kweker als groothandelaar is in vaste planten. Hij benadrukt meteen dat er nooit te veel planten in een tuin staan en dat onderhoudsvrije tuinen niet bestaan: elke plant vraagt iets van je, hoe “onderhoudsarm” ook. Veel mensen verwachten volgens hem het onmogelijke, omdat ze onvoldoende kennis hebben over hoe planten groeien en wat ze nodig hebben. Het gesprek zoomt daarna in op de levenscyclus van een vaste plant. Arjen legt uit dat kwekers pas laat in de winter beginnen met het vermeerderen van planten – meestal in februari of maart – door middel van zaaien, scheuren of stekken. De meeste kwekers kopen bewortelde stekjes in, zetten die in P9-potjes en laten ze buiten opgroeien. Afhankelijk van het soort en het weer zijn de planten na zes weken tot een paar maanden verkoopbaar. Sommige soorten, zoals Nepeta en Salvia, wortelen snel, terwijl andere gevoeliger zijn voor kou, vocht en weersinvloeden. Een groot probleem is dat consumenten in april al bloeiende planten verwachten, terwijl dat eigenlijk niet realistisch is. Die vroeg bloeiende planten uit tuincentra zijn bijna altijd in verwarmde kassen voorgetrokken, waardoor ze op een onnatuurlijk moment bloeien. Dat vertekent het beeld van wat een plant “hoort” te doen en maakt consumenten afhankelijk van visuele cues: ze kopen liever een plant in bloei dan een kleine, nog kale potplant. Arjen vindt dat tuincentra hierin tekortschieten, omdat ze consumenten niet opvoeden of uitleggen hoe de natuurlijke cyclus werkt. Hij benadrukt herhaaldelijk dat de herfst eigenlijk het beste plantmoment is: de bodem is warm, de wortels kunnen nog groeien en planten zijn beter voorbereid op de winter. In het voorjaar is de beschikbaarheid bovendien beperkt, omdat kwekers nog maar net begonnen zijn. In de herfst is vrijwel alles leverbaar, terwijl in het voorjaar vraag en aanbod botsen. Dat maakt het voorjaar extreem druk bij groothandels zoals die van Arjen, terwijl het najaar eigenlijk veel logischer zou zijn voor zowel leverancier als tuinier. Overwinteren bij de kweker is mogelijk, maar risicovoller: planten in pot zijn kwetsbaarder voor vorst en nattigheid dan planten in de volle grond. Daarom willen veel kwekers liever alles voor de winter verkopen. Toch proberen Arjen en zijn collega’s afspraken te maken om vroege voorjaarsleveringen te garanderen, al is dat niet altijd haalbaar. Vervolgens gaat het gesprek over hoe een gezonde plant eruitziet. Volgens Arjen kijken de meeste mensen te veel naar het blad of naar of de plant bloeit. Terwijl de kwaliteit van een vaste plant vooral in het wortelgestel zit. De beste manier om gezondheid te beoordelen is simpelweg het plantje uit het potje halen: je wilt een stevige kluit zien met zichtbare, lichte haarwortels. Hoe de plant er boven de grond uitziet – wat vlekjes, wat schade van regen of kou – zegt nauwelijks iets over de levensvatbaarheid. Dat perfecte plantje uit de kas is vaak “verwend”, soms zelfs bespoten, en kan slecht tegen vorst zodra het in de tuin wordt geplant. Een buitengekweekte P9-plant heeft vaak véél meer startkracht, zelfs als hij er minder florissant uitziet. De kern van het gesprek is dat er een grote kloof bestaat tussen wat consumenten denken dat een plant is en doet, en hoe de natuurlijke cyclus daadwerkelijk werkt. Door beter te begrijpen hoe planten worden vermeerderd, wanneer ze beschikbaar zijn en waarom de herfst de beste plantperiode is, kunnen tuiniers gezondere planten kiezen en realistischer verwachtingen ontwikkelen.