Natuurlijk heb ik eerst Juul en Lichelle uitgehoord over hun eerste eigen tuin. Dit is wat ze erover vertelden:
“Dit is onze eerste eigen tuin. We zijn beiden opgegroeid met ouders die van tuinieren houden, waardoor we allebei veel in de (moes)tuin te vinden zijn. Zodra de eerste zonnestralen vallen gaan we de tuin in. Het voelt voor ons als tweede woonkamer. Zelfs in de winter barbecueën we er nog. In onze tuin ligt nu veel steen, waardoor het water niet goed wegloopt en we weinig planten kwijt kunnen. Daarnaast ligt de tuin op het noorden, wat betekent dat we vooral achterin de tuin zon hebben. Het deel tegen het huis aan is nu eigenlijk een loze ruimte met veel schaduw.
Onze droomtuin heeft de sfeer van een typische Engelse, idyllische cottagetuin waarin we het hele jaar lekker kunnen leven. Heerlijk relaxen op een kleedje op het gras of in de hangmat. Op tafel staat een plukboeket, ’s avonds bereiden we in onze buitenkeuken een maaltijd met groenten en kruiden uit eigen tuin en daarna doen we een drankje met vrienden rond de vuurkorf.”
In een Engelse cottagetuin horen lichte kleuren en natuurlijke materialen thuis, zoals wilgentenen, oude klinkers en houten randen. Wuivende beplanting maakt het zacht en romantisch.
Het ontwerp
Zone 1: de schaduwkant
Ik heb de tuin opgedeeld in drie zones: bij de gevel ligt een terras met oude waaltjes en een zitje voor de ochtendzon (of juist voor schaduw in de hete zomer!). Waar het ook maar mogelijk is heb ik een randje groen ingetekend, zoals hier aan de linkerzijde. Een ondiepe pergola tegen de gevel aan zorgt er voor dat het huis betrokken wordt bij de tuin. Met dit formaat verlies je geen licht, maar heb je wel groen boven je hoofd, zoals een klimhortensia die goed in de schaduw groeit. Een randje grind tegen de gevel aan zorgt voor betere afwatering, en in de hoek kan mooi een regenton voor het opvangen van regenwater. Daarnaast is ruimte voor een meubel waar de tuinslang onder hangt, maar waar je ook veel potten met schaduwplanten kunt zetten. Zo voelt het veel minder als een loos hoekje!
Zone 2: de grote borders
De tweede zone wordt gevuld met twee grote rechte borders aan weerszijden. Daar doorheen loopt een houten vlonderpad, als een overgangszone naar het tweede terras achterin. De borders zijn bewust rechthoekig: zo kun je veel meer beplanting kwijt dan met organische vormen. De planten gaan er in de zomer wel voor zorgen dat je de rechte lijnen niet meer zo ziet, dus het zal zeker wel organisch aanvoelen! Door in de borders twee kleine bomen te plaatsen, zoals de morelle kers die goed in de schaduw groeit, voelt de tuin véél knusser en groener. Groot pluspunt is ook dat je op de beplanting kijkt vanuit huis. Door de stenen muur off-white te schilderen maak je de tuin lichter, zowel in kleur als in sfeer. Om de illusie van een doorgang te creëren staan er boven het pad twee mooie ranke rozenbogen die begroeid kunnen worden met clematissen.
Zone 3: het zonnige terras
De derde zone is het zonnige terras bij de schuur. Hier is plek voor een eettafel en een vuurkorf, vuurput of barbecue, want je moet ook kunnen leven in je tuin natuurlijk. Ik heb gekozen voor halfverharding in de vorm van grind omdat je daarmee nooit meer issues hebt met water dat slecht wegloopt. Als je een kleine maat kiest (zo tussen de 6 en 10 mm), en het grind in matten legt is het grind stabiel genoeg om er een tafel op te zetten. Voor afwisseling heb ik er kleine keien in getekend, die kun je in het grind verwerken. Dat benadrukt het cottage gevoel nog meer! Boven de tafel hoort natuurlijk een priklicht, en tegen de schuur is een lamp met sensor handig wanneer je ’s avonds je fiets wilt opbergen. Bij de eettafel staan ook twee leifruitbomen tegen de schutting omdat daar nog genoeg zon komt voor fruit, met onder de bomen ruimte voor nog meer beplanting. Gezellig hoekje, toch? Lekker verstopt achter de borders, maar nog wel ruim genoeg voor een bescheiden feestje.
De details
De hele schutting aan de rechterzijde zou ik vervangen voor een afscheiding van wilgentenen. Dat is duurzaam Nederlands hout (maar eigenlijk zijn het natuurlijk takken) die een kleine voetafdruk hebben qua productie. De afwisseling tussen steen aan de ene zijde en hout aan de andere geeft een veel gevarieerder beeld in de tuin dan wanneer je overal dezelfde kleuren en materialen gebruikt. De wilgentenen komen overigens nog terug in een ronde gevlochten bak waar een mooie struik in kan staan. (Herhaling in materiaal is key!) De schuur zou mooi zijn in een lichtgroene tint, zoals Vert de Terre van Farrow & Ball, die je kunt laten mengen in buitenverf. Een cottage tuin heeft nu eenmaal pastel kleuren…
Het valt je misschien op dat er geen gazon in deze tuin te vinden is, ondanks dat Juul en Lichelle het noemde in hun wens. In een schaduwtuin wordt gras uiteindelijk altijd een beetje karig, met veel klaver en mos. Daar heb ik totaal geen moeite mee, sterker nog: het is beter. Maar het is nóg vele malen beter om beplanting in je tuin te zetten. Het effect van een weelderige tuin bereik je niet met een gazon, en daarom zou ik er in kleine tuinen altijd voor kiezen om meer beplanting toe te passen ten koste van het gazon. Qua beplanting zul je vooral moeten kijken naar schaduw en halfschaduw planten. Planten die van origine uit Japan of China komen doen het bijvoorbeeld goed, omdat de luchtvochtigheid daar hoog is en in een schaduwtuin over het algemeen ook. Bosbeplanting doet het ook goed, zoals Vingerhoedskruid, Dovenetel, varens en stinzen. Toch kunnen veel vaste planten ook heel goed met minder zon af, zoals Duizendknoop (Persicaria amplexicaulis), Veldbies (Luzula nivea), Koninginnekruid (Eupatorium), Astilbe en Herfstanemone. Je kunt dus ook in deze schaduwrijke borders een weelderige tuin creëren!
^ Dit artikel komt uit issue #1 van het MAY & JUNE magazine. Dit nieuwe tuintijdschrift vol inspiratie verschijnt 4x per jaar.